De Laurier (Laurus nobilis), ook wel zoete laurier genoemd, is een groenblijvende plant uit de familie Lauraceae en is inheems in landen die grenzen aan de Middellandse Zee.
De laurier in onze kruidentuin.
Bekend om zijn geur
Laurus Nobilis komt oorspronkelijk uit het Midden-Oosten. De plant is vooral bekend om zijn geur. Behalve dat het een goede natuurlijke luchtverfrisser is, worden de bladeren gedroogd of vers in verschillende gerechten toegepast. Laurus Nobilis bloeit in de zomer met witte stervormige bloemen. Aan het eind van de zomer produceert de plant ronde rode vruchten die later zwart verkleuren.
Lauwerkrans
De plant is niet winterhard en wordt in Nederland vaak gebruikt als kuipplant. Het stond in de oudheid bekend als symbool voor reinheid, maar ook voor wijsheid en glorie. In de Griekse mythologie wordt Apollo weergegeven met een lauwerkrans op zijn hoofd. In de klassieke oudheid werden lauwerkransen geschonken aan overwinnaars in de atletiek.
Toepassingen
Laurier bevat veel etherische oliën die als medicijn werden toegepast en behoorde tot de zogenoemde “alheelmiddelen” van de middeleeuwen. Hildegard von Bingen prees het vooral vanwege zijn uitwendige toepassing bij pijn door jicht en reuma. Laurier werd in de volksgeneeskunde verder voorgeschreven bij keelklachten, griep, tandpijn en aften. Het zou vochtafdrijvend zijn, de eetlust opwekken en de spijsvertering bevorderen. “Laurier is opwekkend” en zou mede daardoor een natuurlijk antidepressivum zijn. De olie uit laurier gewonnen wordt in de aromatherapie gebruikt bij de behandeling van spierpijn, zenuwpijn en verrekking.
Bittere smaak
Tegenwoordig wordt het blad vooral in de keuken gebruikt. De gekneusde bladeren geven een aangename geur. De bladeren zelf kunnen niet gegeten worden. Laurierblaadjes zijn delicaat geurig maar hebben een bittere smaak. Ze bevatten ongeveer 2 procent etherische olie, waarvan het hoofdbestanddeel cineol is. De gladde en glanzende gedroogde laurierblaadjes worden meestal in hun geheel gebruikt bij het marineren en om stoofschotels, vullingen en vis op smaak te brengen. Na het koken worden de bladeren uit de schaal gehaald.
Dodonaeus
Rembertus Dodonaeus (1517-1585) schreef in zijn Cruydeboeck:
Die vruchten van Laurus boom cleyn ghestooten ende met huenich oft eenich syrope vermenght sijn seer goet den ghenen die uutdrooghen amborstich ende cort van adem sijn ende die met coude fluymen op die borste verladen sijn dicwils geleckt ende in die mont gehouden. Die wijn daer die vruchten van Laurus boom in ghesoden sijn oft dat sap van den selven in die ooren ghedruypt gheneest dat tuyten van der selver ende es goet tseghen die doofheyt ende qualick hooren.
Nico Rookmaker
12 oktober 2024
